Afwezigheidsbeleid

3.1 Afwezigheid

De leerling is verplicht om alle dagen op tijd aanwezig te zijn op school en deel te nemen aan de buitenschoolse (lesvervangende) activiteiten. Dat staat ook zo in de engagementsverklaring in Deel I die de ouders ondertekend hebben.

Elke afwezigheid moet gewettigd worden. In sommige gevallen gebeurt dat automatisch als de leerling de juiste documenten binnenbrengt. Die afwezigheden vindt men terug in de punten 3.1.1. – 3.1.6. De algemene regel is dat de ouders steeds de school verwittigen wanneer een leerling afwezig is. Is de afwezigheid te voorzien en/of vereist ze het voorafgaand akkoord van de school, dan wordt de school vooraf op de hoogte gebracht. Bij onvoorziene afwezigheid delen de ouders het secretariaat dezelfde dag de reden vóór 10 uur telefonisch of via een Smartschoolbericht mee.

Als een leerling in de namiddag wegens ziekte thuisblijft, verwittigen de ouders de school telefonisch of via een Smartschoolbericht voor 14 uur. Zo men (nog) niet weet voor hoelang de leerling afwezig is, geldt deze melding voor één dag, of voor een halve dag als de leerling enkel ’s namiddags afwezig is. Bij verlenging (bv. na consultatie van een arts) wordt ook die verlenging zo spoedig mogelijk en vóór de volgende dag 10 uur gemeld aan het secretariaat. In alle andere gevallen heeft de leerling vooraf de uitdrukkelijke toestemming van de school nodig. Meer informatie daarover vindt men in punt 3.1.7.

3.1.1 De leerling is ziek

3.1.1.1 Hoe wordt een afwezigheid wegens ziekte gewettigd?

Een verklaring van de ouders (handtekening + datum) volstaat voor een korte ziekteperiode van één, twee of drie opeenvolgende kalenderdagen. Let op: dat kan maximaal vier keer in een schooljaar. Gebruik hiervoor de speciale strookjes vooraan in de schoolagenda; op die manier weet je steeds ook hoeveel dergelijke afwezigheidsverklaringen je nog mag inleveren.

Een medisch attest is nodig:
– zodra de leerling 4 opeenvolgende kalenderdagen ziek is, zelfs als één of meer van die dagen geen lesdagen zijn
– wanneer de ouders in hetzelfde schooljaar al 4 keer een korte afwezigheid om medische redenen zelf gewettigd hebben met een eigen verklaring
– als de leerling tijdens de proefwerken of tijdens een bijzondere activiteit (vb. uitstap) ziek is.

3.1.1.2. Wanneer aanvaarden we een medisch attest niet?

In de volgende gevallen beschouwen we een medisch attest als twijfelachtig:
– uit het attest blijkt dat de arts zelf twijfelt (hij schrijft “dixit de patiënt”)
– de datum waarop het attest is opgemaakt, valt niet in de periode van afwezigheid
– begin- of einddatum zijn vervalst
– het attest vermeldt een reden die niets met de medische toestand van de leerling te maken heeft, bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in het huishouden …

We beschouwen een afwezigheid die gewettigd wordt door een twijfelachtig medisch attest als spijbelen.

3.1.1.3. Wanneer wordt een medisch attest ingeleverd?

De leerling geeft de verklaring van de ouders of het medisch attest aan het onthaal af op de eerste dag terug op school. Als de leerling meer dan 5 opeenvolgende lesdagen ziek is, moet de leerling het medisch attest onmiddellijk (dus vóór de leerling terugkomt) op school aan het onthaal (laten) afgeven.

Als de leerling voor eenzelfde medische behandeling verschillende keren afwezig is op school, volstaat één medisch attest met de verschillende data. Ook als de leerling dikwijls afwezig is vanwege een chronische ziekte kan de leerling in samenspraak met de schoolarts één enkel medisch attest indienen. Wanneer de leerling dan afwezig is, is het niet nodig om telkens naar een arts te gaan, maar volstaat een verklaring van de ouders.

Wie overdag ziek wordt, meldt dat eerst aan het onthaal: daar wordt dan een regeling getroffen. Wie overdag de school moet verlaten om op consultatie te gaan bij een (tand)arts, meldt dit vooraf en uiterlijk ’s ochtends aan het onthaal. Hij/zij krijgt dan een geschreven toestemming om de school in de loop van de dag te verlaten. De volgende dag brengt de betrokken leerling een bewijsje mee van de bezochte (tand)arts. Een leerling verlaat de school nooit zonder toestemming! 

3.1.1.4. Wat met de lessen lichamelijke opvoeding die de leerling mist wegens ziekte?

Als de leerling wegens ziekte, handicap of ongeval niet kan deelnemen aan bepaalde oefeningen, dan moet de leerling aan de arts vragen om een “medisch attest voor de lessen lichamelijke opvoeding en sportactiviteiten op school”. Op die manier kan de leraar lichamelijke opvoeding zien wat de leerling wel en niet kan in de lessen.

Als de leerling door ziekte, ongeval of handicap helemaal geen lichamelijke opvoeding kan volgen, dan kan de leraar aan de betrokken leerling een vervangtaak geven. De klassenraad kan ook beslissen een aangepast lesprogramma te geven. Dat wil zeggen dat deze leerling tijdens die uren de lessen lichamelijke opvoeding op een andere manier zal benaderen (bv. theoretisch). Een aangepast lesprogramma maakt deel uit van de eindbeoordeling. De ouders kunnen steeds de vraag stellen naar een aangepast lesprogramma voor het vak lichamelijke opvoeding. De klassenraad zal de vraag onderzoeken, maar deze maatregel is geen recht.